Het Wmo-vervoersbudget, wanneer wel en wanneer niet? Hier enkele voorbeelden …

Vooropgesteld dat er in de Wmo geen keiharde harde criteria zijn aangezien de Wet ons verplicht tot maatwerk. Daarom enkele voorbeelden die verduidelijken wanneer wel en wanneer geen vervoersbudget aan de orde is. De voorbeelden zijn overdreven maar bedoeld om duidelijk te maken wat het idee achter het beleid is.

Meneer 1

Iemand zonder beperkingen heeft een auto en voorziet daarmee in zijn vervoer. Hij betaalt onderhoud, wegenbelasting, verzekering en de benzine. Dan krijgt deze meneer hartklachten en COPD. Hij heeft nog steeds zijn eigen auto en voorziet hiermee nog steeds in zijn vervoer. De hartklachten en de COPD worden steeds erger. Maar meneer verplaatst zich nog steeds met de eigen auto.

In dit geval is het helemaal niet logisch dat iemand vergoeding moet krijgen voor normale, gebruikelijke kosten die die persoon altijd al had. Bovendien is er geen sprake van een vervoersprobleem.

Nu ontwikkelt meneer zo zwaar COPD en hartklachten dat het een te grote inspanning voor hem wordt om zelf te rijden. Zijn vrouw, die altijd overal met hem mee naar toe ging en gaat, kan ook de auto besturen. Ze spreken af dat mevrouw voortaan rijdt.

In dit geval is nog steeds geen vervoersbudget aan de orde. Er is nog steeds geen sprake van een vervoersprobleem. Noch zijn de kosten voor vervoer voor deze persoon veranderd.

De echtgenote komt te overlijden. Meneer heeft nog steeds de auto maar kan deze niet meer zelf besturen. Zijn kleindochter, die in hetzelfde dorp woont, gaat iedere donderdag naar de markt in Schagen. Hier wil haar opa ook naartoe. Zij biedt aan om opa mee te nemen in zijn auto. Op donderdag komt kleindochter voortaan naar haar opa wandelen of fietsen, en rijdt samen met opa, in zijn auto naar de markt.

Nog steeds is er geen sprake van een vervoersprobleem. Meneer heeft zijn auto, dezelfde kosten, een oplossing gevonden in zijn eigen netwerk en ziet zijn kleindochter ook nog eens vaker dan voorheen.

Dan koopt kleindochter zelf een auto en rijdt hier liever in dan in de auto van haar opa. Ze besluiten voortaan in de auto van kleindochter naar Schagen te gaan. Om de week betaalt meneer de kosten van de benzine.

Nog steeds geen aanleiding voor vervoersbudget, geen vervoersprobleem en geen extra kosten.

De kleindochter gaat met haar gezin in Rotterdam wonen. Meneer kan niet meer met de auto. Hij gaat nu wekelijks met de 60+ bus. Hij betaalt zelf het kaartje (net als de twee dames uit zijn dorp die geen beperkingen hebben maar wel 60+ zijn). Hij denkt erover na om zijn auto te verkopen maar besluit deze nog even te houden.

Geen vervoersprobleem, geen extra kosten

Meneer kan niet iedere week meer met de 60+ bus. Het kost hem op slechte dagen teveel inspanning. Hij wil nog graag iedere donderdag naar Schagen maar dan om in het Makado op het plein te gaan zitten voor de gezelligheid en aanspraak. Zijn buurvrouw komt langs. Ze is net met pensioen en vertelt dat ze graag op donderdag naar de markt gaat, maar geen auto heeft. Meneer stelt voor zijn auto te gebruiken. De ene week betaalt meneer de rit, de andere week de buurvrouw.

Geen vervoersprobleem, geen extra kosten.

Buurvrouw heeft een kleinkind gekregen en gaat voortaan op donderdag oppassen. Meneer heeft nu niemand meer die hem kan rijden. De 60+ bus moet hij steeds vaker over slaan vanwege zijn slechte gezondheid. Af en toe lukt het nog. Soms rijdt hij op de heenweg mee met iemand uit zijn dorp die in Schagen werkt. Voor de terugweg maakt meneer dan gebruik van een taxi. En soms belt meneer Graag Gedaan.

Er is nu sprake van een vervoersprobleem en er zijn meer kosten dan gebruikelijk. Meneer is genoodzaakt (af en toe) een taxi te nemen. Hij kan in aanmerking komen voor een vervoersbudget. De consulent zal bekijken voor hoeveel kilometer mevrouw in aanmerking kan komen.

De kleinzoon van een kennis van meneer heeft net zijn rijbewijs gehaald. Hij zit zonder werk en kan zelf geen auto betalen. Hij biedt meneer aan om hem op donderdag naar Schagen te brengen en te halen in de auto van meneer. Dit wil hij doen tegen een kleine vergoeding. Nadat hij meneer afzet in Schagen, gaat hij naar huis met de auto. Drie uur later rijdt hij weer naar Schagen om meneer op te halen.

Meneer heeft zijn probleem opgelost maar er zijn extra kosten. De kosten van de bestuurder én de extra benzinekosten vanwege de rit die de bestuurder maakt naar huis en weer naar Schagen.

Mevrouw 2

De overbuurvrouw van meneer heeft precies dezelfde klachten. Zij is hartpatiënt en heeft  COPD. Zij heeft een auto maar gebruikt deze bijna nooit. Zij gaat bijna dagelijks naar het centrum in haar dorp, naar de supermarkt. Dat vindt ze gezellig, ze maakt een praatje en doet haar dagelijkse boodschapje. De supermarkt is maar 500 meter verderop en mevrouw kan de afstand overbruggen op de fiets.

Geen vervoersprobleem, geen extra kosten.

De klachten worden erger. Mevrouw verkoopt haar fiets en schaft een elektrische fiets aan. Hiermee kan zij dagelijks naar de supermarkt.

Geen vervoersprobleem, geen extra kosten

De klachten worden erger. Mevrouw kan niet meer op de elektrische fiets fietsen en verkoopt deze. Zij wil haar “uitje” naar de supermarkt niet missen en gaat daarom dagelijks met de auto.

Er is geen vervoersprobleem maar er zijn wel extra kosten voor mevrouw. Zij kan in aanmerking komen voor een vervoersbudget. De consulent zal bekijken voor hoeveel kilometer mevrouw in aanmerking kan komen.

Meneer 3

Om de hoek woont een meneer die net gepensioneerd is. Hij werkte in Schagen en ging hier met de auto naartoe. Meneer doet eigenlijk alles met de auto, zijn hele leven al. Naar Schagen, maar ook naar de Supermarkt 500 meter verderop. Ook naar de soos, naar de biljartclub etc. gaat hij met de auto.

Meneer krijgt hartklachten en COPD. Als hij naar de supermarkt zou willen lopen, dan zou hij dat nu vanwege zijn COPD en hartklachten niet meer kunnen. Maar meneer wil helemaal niet lopen. Hij gaat net als vroeger met zijn eigen auto.

Er is geen vervoersprobleem en er zijn geen meerkosten. Meneer komt niet in aanmerking voor een vervoersbudget.

NOTE: u kunt aan bovenstaande geen rechten ontlenen.

BRON: internet